Welke verschillende parameters beïnvloeden mijn brandstofverbruik?

Het verbruik van je auto hangt uiteraard af van de motorisering, het gewicht van het voertuig en de aerodynamica. Maar er zijn nog andere elementen die meespelen, ook voor elektrische auto's.

De eerste factor voor het verbruik is je rechtervoet. Het is niet alleen een kwestie van snelheid op zich. Het is ook een kwestie van vloeiend rijden. Je moet proberen plotse snelheidsveranderingen te beperken en de potentiële en kinetische energie van je auto te benutten. Er zijn nog andere onderdelen, zoals banden en accessoires.

Wat betekent dit concreet?

• Pas je snelheid aan de verkeersomstandigheden en het omgevingsverkeer aan en houd afstand om beter te kunnen anticiperen.
• Anticipeer door vóór het obstakel je snelheid te verminderen (vertragingen, rode verkeerslichten, kruispunten) door het gaspedaal los te laten en uiteindelijk licht te remmen, in plaats van bruusk te remmen op het laatste moment.
• Schakel, met een handgeschakelde versnellingsbak of de sequentiële versnellingsbak van een automaat, zodanig dat je binnen het bereik van het motortoerental blijft met voldoende koppel, doorgaans tussen 1800 en 2500 tpm.
• Druk het gaspedaal aan het einde van een klim wat minder in en maak gebruik van je snelheid voordat je terug naar beneden gaat.
• Op de grote verkeersassen: geef gas om snel de gewenste snelheid te bereiken en houdt die aan (in plaats van gedurende lange tijd langzaam te versnellen).
• Leer hoe je het start&stop-systeem gebruikt om de motor automatisch uit en weer in te schakelen wanneer die niet draait.
• Bij een plug-in hybride: laad deze zoveel mogelijk op om maximaal in elektrische modus te rijden.
• Bij spoorwegovergangen: schakel de motor van je auto uit als je aan het begin van de rij voor de slagboom staat.
• Meer algemeen: schakel je motor uit wanneer je stilstaat of minstens een minuut pauzeert.
• Gebruik cruisecontrol op de snelweg, behalve bij druk verkeer.
• Oververhit of koel het interieur niet overmatig (klimaatregeling in ecomodus).
• Vergeet niet om je auto in de schaduw te zetten in de zomer en ergens binnen in de winter.
• Rijd niet met te platte banden en controleer of de bandenspanning overeenkomt met de waarden aanbevolen door de fabrikant.
• Verwissel je winterbanden vóór de maand mei, in ieder geval zodra de temperaturen regelmatig hoger zijn dan 7°C.
• Buiten de bebouwde kom: rijd met gesloten ramen (en dak).
• Verwijder of repareer alles wat de aerodynamische werking kan verstoren (dakkoffer, beschadigde bumper of velgen).
• Vervoer geen onnodige zware voorwerpen in de bagageruimte.
• Let erop dat je je auto goed onderhoudt. Een erg vuil voertuig en een slecht gesmeerde motor leiden tot een hoger verbruik.
• Kies een model met voldoende vermogen als je vaak op de autosnelweg of in de bergen rijdt.
• Kies een model met voldoende koppel als je vaak een trekhaak gebruikt.